Jesse Passenier | composition & concept
Van Amsterdam Duo
Jeanine van Amsterdam | violin
Vincent van Amsterdam | accordion
Margarida Constantino | movement direction & dance
Rodrigo Ribeiro | dance
Grycko Visuals
A film by Michal Grycko
Special thanks to Stichting Huis te Manpad and Stichting Uilenburgersjoel.
Entrust & Inspire is supported by Dutch Composers NOW, Buma Culture, the Ministry of Education, Culture and Science, and the Performing Art Fund NL.
Entrust & Inspire
Entrust & Inspire is a music video project featuring the 12-minute first movement of the composition Tao Naar Dis for violin and accordion by Jesse Passenier for Van Amsterdam Duo, and modern dancers Margarida Constantino and Rodrigo Ribeiro.
Passenier based the music on motives, extracted from works by both Nadia Boulanger, and Ástor Piazzolla, who came down to Paris to study with her.
The narrative highlights three elements: the teacher Boulanger, who decides to fully dedicate herself to teaching composition, a young Piazzolla, eager to reinvent himself and his music, and finally, the teacher-student relationship, a bond of trust and inspiration.
NL
Tao Naar Dis | Jesse Passenier
voor viool en accordeon
opgedragen aan Nadia Boulanger en Ástor Piazzolla
Tao Naar Dis verteld het verhaal van een ontmoeting tussen een student, Ástor Piazzolla, en zijn leermeester, Nadia Boulanger. Het wordt een relatie van vertrouwen en inspiratie. Tegelijkertijd zijn er de individuen. Ástor Piazzolla, die zichzelf wil bewijzen en opnieuw wil uitvinden. En Nadia Boulanger, die na het verlies van haar beroemde componerende zusje, probeert die leegte te vullen met eigen werk, om vervolgens toch te besluiten zich volledig op onderwijzen te richten omdat ze ontevreden blijft over haar eigen kunsten.
De titel Tao Naar Dis is niets meer dan een woordspeling, namelijk een anagram van de voornamen Nadia en Ástor. Om het verhaal van de compositie te vertellen én de relatie tussen Boulanger en Piazzolla een belangrijke rol te geven, extraheerde Passenier muzikale elementen uit specifieke werken van hun hand, die te linken zijn aan historische gebeurtenissen in hun leven. Hij analyseerde het eerste deel van Sinfonía Buenos Aires van Piazzolla. Dit symfonische werk bracht hem in 1953 de winst van de compositiewedstrijd die hem zijn studie met Nadia Boulanger in Parijs opleverde. Vervolgens kwam de focus op werken die Piazzolla schreef tijdens of kort na zijn tijd met Boulanger in Frankrijk, Nonino (1956), Tres Minutos con la Realidad (1956) en Iracundo (1963). Van Nadia Boulanger analyseerde Passenier Au Bord de la Route (1922) en J’ai Frappé (1922). Deze emotioneel beladen werken sloten voor haar een tijdperk af en dit was het moment dat ze zich volledig besloot te richten op het onderwijzen.
Uit bovengenoemde stukken extraheerde Passenier basiselementen voor Tao Naar Dis. Ritmische elementen, maar ook karakteristieke samenklanken, melodische- en tegen-melodische lijnen ontleende Passenier eraan. Hiermee ging hij behoorlijk aan de haal, de elementen zijn vaak moeilijk nog te herkennen, omdat zij flink zijn door ontwikkeld. De relatie zit hem meer in de kleinere cel motieven die als startpunt van het compositieproces golden dan dat je echt thematisch iets letterlijk zou kunnen terugvinden uit de genoemde werken. Of zo gebruikt Passenier een compositieprincipe als een orgelpunt met complexe, harmonische structuren erboven die, enigszins in de verte, te herleiden zijn tot het werk van Boulanger.
Boulanger liet haar studenten in hun waarde en respecteerde hun eigenheid die uit hen naar voren kwam. Of misschien was die eigenheid voor haar zelfs wel een vereiste. Juist om dat motto te eren koos Passenier ervoor om deze compositie geen Piazzolla of Boulanger kopie te laten worden, maar om met hun invloeden te komen tot een verrijkte, eigenzinnige Passenier. Wel hoopt de componist dat er toch iets herkenbaar blijft van die invloed, zoals een leermeester hoorbaar een soort stempel drukt op de muziek van zijn leerling.
EN
Tao Naar Dis | Jesse Passenier
for violin and accordion
dedicated to Nadia Boulanger and Ástor Piazzolla
Tao Naar Dis tells the story of a meeting between a student, Ástor Piazzolla, and his teacher, Nadia Boulanger. It becomes a relationship of trust and inspiration. At the same time, there are the individuals. Ástor Piazzolla, who wants to prove and reinvent himself. And Nadia Boulanger, after the loss of her famous composing sister, tries to fill that void with her own work, only to decide to focus entirely on teaching because she remains dissatisfied with her own arts.
The title Tao Naar Dis is nothing more than a pun, namely an anagram of the first names Nadia and Ástor. In order to tell the story of the composition and to give the relationship between Boulanger and Piazzolla an important role, Passenier extracted musical elements from specific works by them, which can be linked to historical events in their lives. He analyzed the first part of Sinfonía Buenos Aires by Piazzolla. This symphonic work brought him the win of the composition competition that earned him his studies with Nadia Boulanger in Paris in 1953. Next, the focus landed on works Piazzolla wrote during or shortly after his time with Boulanger in France, Nonino (1956), Tres Minutos con la Realidad (1956), and Iracundo (1963). Of Nadia Boulanger, Passenier analysed Au Bord de la Route (1922) and J’ai Frappé (1922). These emotionally charged works closed an era for her and this was the moment she decided to focus entirely on teaching.
From the above pieces, Passenier extracted basic elements for Tao Naar Dis. Passenier derived rhythmic elements from it, but also characteristic harmonies, and melodic and counter-melodic lines. With them he went to great lengths, causing those elements to often be difficult to still recognise because they have been developed considerably. The relation lies in the smaller cell motifs that served as the starting point of the composition process rather than truly being able to find something literally from the mentioned works thematically. Or on occasion, we find Passenier using a composition principle such as a pedal with complex, harmonic structures above it that, somewhat in the distance, can be traced back to the work of Boulanger.
Boulanger appreciated her students in their own esteem and respected their individuality that emerged from them. Or maybe that individuality was even a requirement for her. Precisely to honour that motto, Passenier chose not to let this composition become a Piazzolla or Boulanger copy, but to come up with an enriched, idiosyncratic Passenier with their influences. However, the composer does hope that something will remain recognizable of that influence, just like a teacher leaving a kind of mark on the music of his pupil.